Een cursus omgaan met teleurstellingen
31 maart 2024 - Eijsden, Nederland
Vanaf mijn jongste levensjaren trotseer ik de Limburgse heuvels. In het wiel van mijn vader en een paar jaar later de rollen omgekeerd, passeren we alle bekende klimmetjes van het heuvelland. Gisteren, mocht ik weer de Loorberg, Camerig en de Gulpenerberg beklimmen in een van de zwaarste profklassiekers van Nederland, de Volta NXT Classic (voorheen de Hel van het Mergelland). Althans dat was het plan.
Na een verlengde neutralisatie door verscheidene valpartijen en mechanische defecten wappert de vlag van de jury. Met boven de 60km/ph rijden we door Moerslag. Mijn ouders staan in een bocht en ik gooi mijn armstukken naar hen toe. De lichaamstemperatuur loopt snel op. Twee minuten later hoor ik frames over de grond schrapen. Een enkeling kermt. De weg is geblokkeerd door een auto die niet in de berm staat en een hoop renners die met elkaar verwikkeld zijn op het Limburgse asfalt. Elke seconde lijkt een eeuwigheid te duren. Door mijn hoofd spoken gedachten. ‘Vooraan gaat het nu vol. Hoe ga ik terugkomen? Rustig blijven.’ Ik wil er links langs, moet wachten, toch rechts, door de berm. Ik stap op, zet aan, stuur de bocht door, leegte. Op een klim vernoemd naar een autogarage op de top, Bij D’r Mathieu, geef ik alles wat ik heb. Op hangen en wurgen sluit ik aan bij een groepje met goede profs.
Een klein kwartier breekt onze groep voor me. Ik los. In een groep stervende zwanen draai ik vol mee in de hoop nog terug te keren in het peloton. Vijfhonderdmeter voor de eerste bevoorrading waar mijn ouders staan passeert de bezemwagen. Ik zie hun bezorgde blikken voor me. Ik hoor hun dialogen. “Jip niet meer erbij? Nu al? Er moet iets gebeurd zijn.” Schaamte overheerst. Ik weet eigenlijk niet zo goed wat er gebeurd is. Was ik wel in Limburg? Uren heb ik mezelf gepijnigd met deze koers in mijn gedachten. Je leeft toe naar een moment, maar als het moment aanbreekt is het zo voorbij.
Met onze groep gelosten rijden we nog een lus door de grensstreek. Dit is niet aan te raden in het paasweekend. Ik raak in gesprek met een Amerikaanse renner van Visma-Lease a Bike. Ook hij zat achter de valpartij. We praten over Amerika, koersen en de chaotische dag. “I regret that I ate 1400kcal before the race.” Een bijzondere constatering van de als machine getrainde renner uit Colorado. Je weet van tevoren namelijk niet hoe de koers gaat lopen. Wielertoeristen kijken verbaasd op wanneer ze zien dat we hebben meegedaan aan de koers die net gepasseerd is. Het liefst scherm ik mijn rugnummer en kaderplaatje af. Ik wil even weg. Diep de Ardennen in. Alleen.
De koers blijkt een slagveld. Door de vroege val en het moordende tempo verlaten in het eerste uur al zestig renners de wedstrijd. Uiteindelijk bereiken slechts 47 van de 165 gestarte renners de meet in Eijsden. Ik baal, maar of mijn teleurstelling terecht is weet ik niet. Mijn gevoel was goed, er zat wat op vandaag, alleen het voelt ook alsof ik niet eens heb deelgenomen, een eerlijke kans heb gehad. De terugweg naar Zutphen is lang genoeg om mijn gedachten te ordenen en te verwerken. De wintertijd loopt op zijn eind. Evenals de zomertijd kijk ik vooruit naar het volgende doel. Belgrado – Banja Luka. Een vierdaagse koers door de voor Nederland controversiële gebieden rond Srebrenica.
Hett
rijmen
Er komen ongetwijfeld betere tijden en het zal ook wel eens mee zitten, dus borst vooruit en avanti
En verder kon jij er niks aan doen.
In ieder geval superfit naar Belgrado.
Zettumop, Jip!
Mir en Thieu